Pagina 06 |
Terug naar beginpagina |
En hoe dat er bij de diagnose in 2004 uit
zag. Zoals al opgemerkt bij "Even voorstellen" was in 2004 de maat vol voor mij en wilde ik weten waar ik aan toe was. Dit resulteerde in een tweetal diagnose bezoeken aan psychiater Van Gelderen, specialist op diagnosticeren en behandelen van volwassenen met AD(H)D. Dit was zijn conclusie uit het diagnoseonderzoek of ik wel of geen AD(H)D en PDDnos heb. Datum: 07-09-2004 Reden Verwijzing: Is er sprake van ADHD en PDD-NOS. Betrokkene heeft op eigen initiatief een afspraak gemaakt. Anamnese: Betrokkene is eerder geweest bij RIAGG Leeuwarden en RIAGG Meppel. Er bleek sprake van onbekendheid aangaande ontwikkelingsstoornissen. Betrokkene weet veel van ADHD en Pervasieve ontwikkelingsstoornissen af en kan een ADHD-deskundige genoemd worden. Hij heeft zelfs een eigen ADHD website. Patiënt is niet zo zeer gekomen voor behandeling, wat hij liever niet wil, maar voor diagnostiek. Op jonge leeftijd waren er al concentratie-problemen, onrustgevoelens en bij vlagen impulsiviteit. Op de lagere school werd hem medegedeeld dat hij lui was en dromerig. Er bestond een motorische onhandigheid en hij moeite met stil zitten. Is een keer blijven zitten op de lagere school n.l. in de 4e klas, echter veroorzaakt doordat hij vaak ziek was (kinderziekten). Tevens was er sprake van dyslexie, wat vaak samen gaat met ADHD. Hij is hiervoor behandeld door een orthopedagoge. Momenteel worden de volgende klachten aangegeven, welke echter zijn hele leven al aanwezig zijn: Betrokkene is snel verveeld, moet nieuwe uitdagingen hebben. Is snel afgeleid en heeft hierdoor moeite om dingen af te maken. Gaat van de ene op de andere activiteit over en kan moeilijk plannen en organiseren, tevens heeft hij geen overzicht in hoofd en bijzaken. Verliest zich in details. Is vergeetachtig en chaotisch en kan alleen concentratie opbrengen indien het onderwerp of boek hem voldoende interesseert. Hierbij bestaat bij hem de mogelijkheid zich te hyperfocussen op een onderwerp, zonder notie van zijn omgeving. Dit komt overigens vaak bij ADHD voor. Van belang is dat er een forse inwendige onrust bestaat, maar niet als zodanig zichtbaar. Kan zich slecht ontspannen en moet continu bezig zijn. Zijn werkzaamheden worden zeer nauwgezet uitgevoerd. Aangaande impulsiviteit kan hij anderen in de rede vallen en zou ongeduldig zijn, hoewel hij goed in staat was om te luisteren toen zijn neef bij het gesprek aanwezig was om e.e.a. te verhelderen. Aangaande symptomen in het autistische spectrum worden de volgende klachten aangegeven. Voor de heteroanamnese is zijn neef meegekomen tijdens het tweede gesprek. Deze neef kent patiënt al vanaf zijn kinderjaren. Woont in Frankrijk en ze zien elkaar regelmatig. Volgens deze neef is betrokkene introvert en moeilijk in het contact. Niet in staat tot empathie en een angstige man. Uit zich moeilijk en heeft moeite zich in te leven in de situatie van anderen. Patiënt zou altijd op zolder hebben gezeten en er heerste "een stilte als in een crematorium". Isoleerde zich, wilde wel contact, maar het lukte hem niet. Had zijn vaste rigide gewoontes en zou weinig fantasie hebben gehad. Ondanks deze kenmerken is betrokkene zeker geliefd bij zijn neef. Je moet hem voeden anders gebeurt er niets. Kan moeilijk los komen van een onderwerp en heeft vaste rituelen. Tegenwoordig wat makkelijker in het contact, maar nog wel gereserveerd. In 1996 is hij gescheiden na 28 jaar huwelijk. Zijn neef vertelt er over, het was een lieve vrouw, maar betrokkene kon geen inlevings-vermogen tonen. Heeft 2 zonen van respectievelijk 33 jaar en30 jaar. Op de checklist voor pervasieve ontwikkelingsstoornissen komen de volgende klachten naar voren: Slaagt er niet in relaties en vriendschappen te onderhouden, tekort in het spontaan met anderen delen van plezier, bezigheden etc. Verder een belangrijk gegeven afwezigheid van sociaal emotionele wederkerigheid. Beperkingen van het vermogen een gesprek te beginnen en te onderhouden en afwezigheid van gevarieerd spontaan fantasiespel of sociaal imiterend spel. Sterke preoccupatie met een of meer stereotype patronen van gedrag en beperkte patronen van belangstelling. Patiënt heeft veel verschillende banen gehad, wat je vaak ziet bij mensen met ADHD en PDD-NOS, enerzijds doordat ze snel zijn uitgekeken op hun werkzaamheden, anderzijds door de pervasieve ontwikkelingsstoornis ze belemmeren tot een bevredigend sociaal contact komen, waardoor er vaak conflicten ontstaan, vaak tot onbegrip van de patiënt zelf. Werkzaamheden zijn verricht bij AEG (1964-1970), BASF 1970-1978), Moes bouwbedrijf (1979-1981) en TNO. Later heeft hij werkzaamheden verricht als beheerder/bedrijfsleider Café de Stee en Café de Gaoot in Meppel. Ook heeft hij nog als management adviseur gewerkt bij een uitzendbureau. M.a.w. veel banen gehad. Momenteel geeft hij computerles en is erg geïnteresseerd in computers. Hij heeft twee websites over ADHD. Betrokkene is op 45 jarige leeftijd overspannen geraakt en is behandeld door een psychiater (Wientjes) en heeft diverse antidepressiva ontvangen, zonder dat dit het gewenste resultaat had. Kwam in WAO, waar hij door een andere psychiater in 1993 weer werd goed gekeurd, waardoor hij nu moet leven van een bijstandsuitkering. Psychiatrisch Onderzoek: Het betreft een vriendelijke, rustige (althans aan de buitenkant) en coöperatieve 64 jarige man. Bewustzijn is helder en er zijn geen oriëntatiestoornissen in trias. De stemming is normofoor met een wat vlak affect. De realiteitstoetsing is intact en er zijn geen inhoudelijke en formele denkstoornissen. Reflectiemogelijkheden zijn aanwezig en het intelligentieniveau wordt op bovengemiddeld geschat. De lijdensdruk is fors. Betrokkene is precies en consciëntieus. Conclusie: Er is sprake van ADHD op volwassen leeftijd, maar concentratiestoornissen zijn nog aanwezig en PDD-NOS (Pervasieve Developmental Disorder) Not Other Specified. Beide stoornissen komen veelvuldig voor, vaak ook samen met dyslexie, waar patiënt in het verleden voor is behandeld. Deze stoornissen hebben zijn gehele leven beheerst van jongs af aan, zonder dat het ooit duidelijk was geworden wat er speelde. Betrokkene opteert voor geen medicijnen, daar hij niet meer hoeft te werken en presteren. Classificatie volgens DSM-IV: As I: Aandachtsstoornis met hyperactiviteit, overwegend onoplettend type code: 314.00 As I: PDD-NOS code: 299.80 As II: Diagnose op As 2 uitgesteld As III: g.b. As IV: Psychosociale en omgevingsproblemen: momenteel niet aanwezig As V: GAF (Global Assessment of Functioning): 55 |